Geschiedenis is een vak vol verhalen, mensen en momenten die de wereld vormgaven. Toch kan het in het klaslokaal soms abstract aanvoelen. Educatieve stripboeken slaan een brug tussen feit en beleving: leerlingen ziengebeurtenissen gebeuren, volgen personages en begrijpen oorzaak-en-gevolg doordat beeld en tekst elkaar versterken. In deze blog laat ik zien hoe je met strips geschiedenislessen levendig, toegankelijk en leerzaam maakt—met concrete lesideeën, differentiatie-tips en evaluatievormen.
Tip: sluit aan bij thema’s die jullie al behandelen—bijv. Willem van Oranje, VOC & ontdekkingsreizen, Vincent van Gogh of een stadsgeschiedenis zoals “Strijd om New York” (Henry Hudson).
1) Activeren & oriënteren (10–15 min)
2) Lezen & begrijpen (25–35 min)
3) Verwerken & toepassen (20–30 min)
Kies één van de werkvormen hieronder om leerdoelen te verdiepen.
1) Tijdlijn-challenge
Leerlingen plaatsen gebeurtenissen uit de strip op een tijdlijn en voegen 1 bron (plaatje/quote) toe als bewijs.
Leerdoel: chronologie en brongebruik.
2) Perspectieven-debat
Laat twee groepjes een scène naspelen (bijv. besluit van Willem van Oranje) vanuit verschillend perspectief (burger/leider).
Leerdoel: multiperspectiviteit, argumentatie.
3) Feit of verhaal?
Geef 6 stellingen; 3 zijn historisch feit, 3 zijn verhalende inkleuring. Laat duo’s onderbouwen met panel + tekstballon.
Leerdoel: onderscheid feit/fictie, kritisch lezen.
4) Beeld-naar-tekst
Kies één pagina zonder tekstballonnen. Leerlingen schrijven de dialogen en een korte kadertekst eronder.
Leerdoel: begrijpend lezen, samenvatten, taalbeleid.
5\0 Minimuseum
Laat elk groepje een “museumkaartje” maken bij één paneel: titel, jaartal, wie/wat/waarom belangrijk. Exposeer in de klas.
Leerdoel: betekenisgeving, presenteren.
Wil je meteen beginnen? Bekijk onze educatieve stripalbums met lesmogelijkheden en schooltarief. Start bijvoorbeeld met Willem van Oranje, Vincent van Gogh of Strijd om New York en gebruik de lesblauwdruk hierboven.